[21] 약속 잡기 & 제안하기 & 대답하기

1. 약속 잡기 (een afspraak maken / iemand uitnodigen)

 

Zullen we voor zaterdag een afspraak maken? = Shall we make an appointment (plan something) for Saturday? = 우리 토요일에 만날까?

 

Zullen we iets afspreken? = Shall we plan something? = 우리 뭐 할지 정할까?

 

--> 대답하기 (reageren)

긍정 (positief)	부정 (negatief)
Ja, dat kan. = Yes, that's possible. = 그래, 나 가능해.	Nee, dat lukt niet. = No, that won't work. = 아니, 안 될 것 같아.
Ja, dat is goed. = Yes, that's good. = 그래, 좋아.	Nee, ik heb al een afspraak. = No, I already have a plan. = 아니, 나 선약이 있어.
	Nee, dan kan ik niet. = No, I can't. = 아니, 나 그때 안 돼.

 

 

2. 제안하기 (vragen iets samen te doen)

 

Ga je mee (naar) ...? = Are you coming (to) ...? = 너 (~에) 올 거니?

 

Heb je zin om ...? = Do you feel like ...? = 너 ~하고 싶니?

 

--> 대답하기 (reageren)

긍정 (positief)	부정 (negatief)
Ja, leuk. = Yes, nice. = 그래, 좋아.	Nee, ik kan niet. = No, I can't. = 아니, 나 안 돼.
Ja, goed idee. = Yes, good idea. = 그래, 좋은 생각이야.	Nee, dat vind ik niet zo leuk. = No, I don't like that very much. = 아니, 난 그거 별로야.
	Nee, ik heb geen zin. = No, I don't feel like doing it. = 아니, 별로 하고 싶지 않아.

 

 

참고 및 출처: Nederlands in gang